Vloerverwarming en terrazzo
Het toepassen van vloerverwarming in een terrazzovloer is mogelijk. Haarscheurvorming is hierbij een groot risico en er zijn geen garanties dat deze niet optreden. Het welslagen van een terrazzo vloer met vloerverwarming vereist een strenge en goed gecoördineerde samenwerking tussen de belanghebbende partijen, waarbij de instructies van het terrazzobedrijf nauwlettend moeten worden opgevolgd.
Hoofdverwarming
In het algemeen wordt veronderstelt dat vloerverwarming als hoofdverwarming met een watertemperatuur van hoger dan 35 graden, is toe te passen bij een terrazzovloer. Deze veronderstelling is onjuist.
Vloerverwarming en isolatie
Bij vloerverwarming wordt altijd de tussenlaag (cementdekvloer) zwevend aangebracht. De thermisch- of akoestische isolatie tussen de constructievloer en tussenlaag voorzien van een terrazzovloer dient als scheidingslaag. Deze zorgt ervoor dat de vloer vrij kan bewegen.
De scheidingslaag kan bestaan uit geëxtrudeerd polystyreen hardschuim voldoende drukvast (30kg per m2), een dunne isolatie is Miofol AVS 4mm. Ook wel mogelijk is 2 lagen bouwfolie 0,20mm dik. Bij gebruik van isolatieplaten is een vlakke ligging van deze noodzakelijk om een breuk van de platen door belopen te voorkomen en een goede ondersteuning van de dekvloer te verzekeren.
Niveau Verschillen van meer dan 2cm in de constructievloer zijn niet acceptabel.
Langs de aansluitende wanden worden kantstroken van een samendrukbaar materiaal geplaatst met een minimale dikte van 7mm en met een hoogte die ten minste gelijk is aan de dikte van de vloer of hoger.
De verwarmingsleidingen hebben een middellijn van ten hoogste 20mm en de afstand tussen de buizen is minstens 3 maal de buismiddellijn (>60mm).
Kruisingen van vloerverwarmingsleidingen bij een dilatatie zo mogelijk voorkomen. Groepen van vloerverwarmingsvelden scheiden door een velddilatatie.
Leidingen van warm tapwater met een temperatuur van meer dan 35° C mogen niet horizontaal door de tussenlaag lopen. Deze bemantelen, en onder de isolatie of in de constructievloer aanbrengen.
Verticale doorgaande leidingen of buizen mogen geen direct contact hebben met de terrazzovloer en tussenlaag. Een ruim bemeten of thermisch isolerende mantelbuis hierbij volstaat meestal. Voor de esthetica en het schoonmaken is een verticale leiding door een terrazzovloer niet praktisch.
Tussenlaag
De dikte van de tussenlaag met vloerverwarming moet minimaal 70mm bedragen.
De druksterkte van de mortel voor de tussenlaag moet ten minste voldoen aan de klasse D30 volgens NEN 1042 art. 7.3. Een goede verdichting is daarbij cruciaal.
De minimale dikte van de tussenlaag boven de vloerverwarmingsleidingen moet volgens NEN 1042 art. 7.4.2 ten minste 40mm bedragen.
In de tussenlaag wordt een krimpwapening geplaatst. De wapening bevindt zich hierbij boven het verwarmingselement op ± 1/5 van de bovenkant tussenlaag.
De krimpwapening wordt bij deurdoorgangen en velddilataties onderbroken met een tussenruimte van 5cm aan weerszijde van de dilatatie - scheidingsvoeg.
Het oppervlak van een vloerveld waarvan de toplaag bij afwerking wordt geschuurd (terrazzo), mag maximaal 20m2 bedragen. Geen enkele lengte van een dergelijk vloerveld mag groter zijn dan 5m.
Dilatatie -scheidingsvoegen in de tussenlaag en terrazzo - toplaag De vloervelden moeten vrij kunnen bewegen, haaks op en evenwijdig aan de voeg. Plaatsing van de dilatatie - scheidingsvoegen, krimpvoegen of velddilatatie bij grote vloeroppervlakken opdelen in velden van ongeveer dezelfde grootte. Vloeren met een L - vorm of versmalling bij deuropeningen in een dragende wand: opdelen in velden van rechthoekige vorm middels een dilatatie - scheidingsvoeg.
Een krimpvoeg hoeft niet te worden doorgezet in het isolatiemateriaal. Bij harde vloerafwerkingen moet de krimpvoeg in de afwerking (terrazzo laag) worden doorgezet. Een pasklare en goed detaillering van de krimpvoegen in de zwevende dekvloeren is voorhanden.
De detaillering van de krimpvoegen in de tussenlaag en terrazzo toplaag worden bepaald door het Terrazzobedrijf.
Kruisingen krimpvoeg - vloerverwarmingsleidingen zo mogelijk voorkomen, dus groepen van de vloerverwarming scheiden door een velddilatatie. Als een kruising onvermijdelijk is: zorgvuldig detailleren met flexibele koppelingen.
Inbedrijfstelling van de vloerverwarming
Bij terrazzovloeren tenminste 28 dagen na het leggen van de terrazzolaag beginnen met opstoken. Hoe langer er wordt gewacht met verwarmen van de vloerverwarming, des te geringer de kans op schade.
In geval van vloerverwarming en terrazzo mag een watertemperatuur van 30° C bij vertrek aan de ketel niet overschreden worden.
Voer de watertemperatuur geleidelijk op met 5° C per 24 uur.
Ga beslist niet hoger dan 30° C watertemperatuur. wij adviseren 25°C > 27°C.
De watertemperatuur moet duidelijk afleesbaar zijn op een watertemperatuurmetertje aanwezig bij de installatie, zodat het controleerbaar is.
Terugkeer naar de begintemperatuur adviseren wij niet te doen omdat bij afkoeling het risico van krimpscheurtjes aanwezig is. Indien terugkeer van de maximale temperatuurafname noodzakelijk is gebeurt dit met 5° C per 24 uur.
Nadat de vloerverwarming op de geadviseerde temperatuur werkt, verdient het de aanbeveling de vloerverwarming (ofwel de kamerthermostaat) de gehele winterperiode op één constante temperatuur te stoken.
Wij stellen ons niet aansprakelijk voor schade aan de vloer als de genoemde voorschriften en aanbevelingen niet worden nageleefd.
Elektrische vloerverwarming
Voor Elektrische vloerverwarming gelden dezelfde wetten en regels.